Van de grens bij Kosi Bay tot de punt van het Santa Marla schiereiland, ongeveer 100 km naar het noorden, is Ponta do Ouro het eerste van zes van dergelijke punten die zich helemaal langs de kust van Zuid-Mozambique uitstrekken. Als u uw raampjes naar beneden doet, laat u de onmiskenbare geur van Mozambique de auto binnenstromen; stof, zout en zonneschijn ………………
Ponta do Ouro
Ponta do Ouro, grotendeels verlaten tijdens de burgeroorlog van Mozambique, wordt nu gerenoveerd. Er zijn ook nieuwe gebouwen, en veel uithangborden die reclame maken voor door Zuid-Afrika gefinancierde woningbouwprojecten.
Het Motel do Mar aan het strand is een bezienswaardigheid in Ponta, maar afgezien van een nieuw likje verf is het oude motel niet veel veranderd:
Wil je weten waarom Zuid-Mozambique zo populair is? Kijk niet verder dan de stranden
De twee verdiepingen tellende cabana’s zijn comfortabel, schoon en zeer dicht bij het strand. Het strand wordt door een hoefijzervormige landtong afgeschermd van de woeste Indische Oceaan, waar het water warm is en de zilverkleurige baai romantisch schittert in het avondlicht.
Men kan er in bed liggen en luisteren naar het gekraak van de zee buiten. Vissen en diepzeeduiken is de grootste attractie die vele bezoekers naar Ponta brengt. De ondiepe riffen dicht bij de kust zijn perfect om te duiken, maar de wildvis schuilt in de diepten verder weg waar de oceaanbodem steil afloopt.
Op een rif genaamd Steps zijn kleurrijke dieren te zien, zoals een zeldzame kikkervis en kleine papiervisjes. Enorme walvishaaien kunnen ook worden gespot achter de branding en de 300 dolfijnen, die graag met mensen omgaan, hebben een thuisradius die zich uitstrekt over 40 km langs de kust. De lokale zeehond van Ponta, Spot, is altijd op zoek naar dolfijnen. Als je dieper duikt en aan de woelige oppervlakte ontsnapt, kun je omringd worden door een melkweg van dolfijnengeklik en -gepiep. Maar met slechts een zwaai van hun staart, kunnen ze weer verdwijnen.
Hoewel er langs de hele kust zoetwatermeren zijn, is zwemmen geen goed idee omdat er borden staan die u waarschuwen voor de aanwezigheid van krokodillen.
Op de plaatselijke ambachtsmarkt in Ponta do Ouro worden allerlei curiosa en houtsnijwerk aangeboden.
Een 7 km lang stuk weg naar Ponta Malongane is vrij ruw met diepe, zanderige stukken en steile hellingen. Ongeveer halverwege Malongane, aan de linkerkant van de weg, bevindt zich de Zandkuil, een grote duin die bezaaid is met bandensporen. Dit is de plaats waar quad bikers en 4×4 gekken zichzelf en de omgeving in het seizoen schade toebrengen. De Sand Pit moet je vermijden, tenzij je een adrenalinejunkie bent. Ponta Malongane heeft slechts één resort, Parque de Malongane, met nette, luchtige chalets, rondavels, een grote, schaduwrijke camping en een goed uitgerust duikcentrum. Het strand is niet zo beschermd als dat van Ponta do Ouro, maar het is er minder druk.
Het beste uitzicht heeft men bij de Nascer do Sol Bar (wat “bar bij zonsopgang” betekent), boven het duikcentrum. Men duikt bij een rif genaamd Anchor of bij een andere bij Drop Zone, waar een grote loggerhead schildpad kan worden gezien. Na het duiken kan men koers zetten naar Ponta Mamoli, nog 4 km verder op de kust.
Met de hand getekende anti-quad en scrambler borden zijn te zien omdat quad motoren niet welkom zijn in de resorts. In het seizoen kunt u wel een ritje te paard maken, een scubaduik maken of schildpadden gaan spotten. Misschien heb je geluk en zie je een vrouwtjes lederschildpad haar eieren leggen in het donker.
Als u genoeg heeft van kamperen, is Mamoli de perfecte plek om uzelf te verwennen voor een nacht of twee. De houten chalets voor twee personen hebben een eigen badkamer en zachte bedden met opbollende muskietennetten. Wat een leven!
Door de staat van de wegen zijn er maar weinig mensen die verder gaan dan Ponta Mamoli. Er is een 11 km lang stuk met donga’s bezaaid asfalt tussen Mamoli en het kleine plaatsje Zitundu. Daarna ga je rechtsaf een zandpad op. Dit pad leidt uiteindelijk naar Catembe, aan de overkant van de baai van Maputo. Na 30 km rijden kom je aan de poort van het Reserva Especial de Maputo, oftewel het olifantenreservaat van Maputo. Het duurt minstens drie uur om door het Maputo Olifantenreservaat te rijden. Je moet door dit reservaat rijden om bij het Santa Maria schiereiland en Ponta Torres te komen, 68 km verderop. Er zijn duizenden vlinders, waarschijnlijk van de Neptis familie, bij Ponta Torres. In de jaren 1970 werd veel wild verplaatst vanuit het Umfolozi Game Reserve in Zuid-Afrika, maar de daaropvolgende burgeroorlog in Mozambique heeft alles weggevaagd, behalve een zeer kleine populatie olifanten. In 2006 werden vanuit de lucht 330 olifanten geteld, maar ze zijn niet gemakkelijk te zien omdat ze mensen als de vijand beschouwen en in 2007 hebben olifanten aanzienlijke schade aangericht aan voertuigen in het reservaat. Met een toegangsprijs van R70 per persoon en een extra R70 per voertuig komt u het reservaat binnen en hoeft u alleen maar de enige weg door het reservaat te volgen. De kans bestaat dat u een olifant ziet die zich statig een weg baant door het riet voordat hij door het landschap wordt opgeslokt alsof hij er nooit is geweest.
Ponta Torres is het eindpunt van de weg en als u er echt heen wilt